Tot mijn schrik zie ik in mijn agenda dat de deadline voor mijn column twee dagen later is. Ik kijk rond in mijn kantoor op zoek naar inspiratie.  Ik zie het bruine oogje in mijn epithese – dat in een bakje naast mijn computer ligt – mij indringend aankijken. Om de starende blik niet te hoeven zien, klap ik het bakje dicht. Op dat moment denk ik echt dat ik uit het bakje een stemmetje hoor roepen: ‘Schrijf over mij!’ Dat is eigenlijk best een goed idee, want dat heb nog maar weinig gedaan. Ik heb weleens geschreven over dat ik de epithese vergat in te doen (maar dat is sinds er een spiegel in mijn gang hangt niet meer gebeurd). Ook schreef ik over dat de epithese zo’n onderdeel van mij is geworden, dat ik het voel prikken als hij in bakje Biotex ligt. En ook vertelde ik over dat honden en kinderen niet kijken naar mijn stilstaande nep-oog, maar hun blik richten op het ene bewegende oog. 

 

Epithese in een washandje
Waar ik niet eerder over schreef was de eerste keer dat ik live een echte epithese zag. Dat was tijdens een gesprek met de chirurg die de oogverwijderingsoperatie zou gaan uitvoeren. Hij legde nogmaals uit dat met de operatie en de bestralingen de kans op genezing groot was. Hij gaf ook aan dat ik na de behandelingen zo normaal mogelijk moest kunnen doorleven. Daarom werden er twee implantaten tijdens de operatie in de oogkas gezet waarop een epithese vastgeklikt kon worden. “Een epithese, wat is dat,” vroeg ik me af.  De chirurg voelde dat kennelijk aan en vroeg: “Wilt u een epithese zien?” Hij haalde vervolgens een washandje uit de zak van zijn doktersjas waarin een epithese met een blauw oogje zat. Ik zal verbaasd, misschien wel verbijsterd, maar zeker geëmotioneerd naar het ding gekeken hebben. Ik vroeg me intussen af wat ik daar toch mee moest? De arts wachtte stil en geduldig op mijn reactie. Uiteindelijk won mijn gevoel voor humor het. Ik gaf de epithese terug en zei ik: “Doe er dan wel een bruin oog in, in plaats van deze blauwe, dat past beter bij mijn andere oog!” De arts lachte opgelucht! 

 

Prachtig resultaat
Toen mijn oogkas voldoende was genezen, startten de voorbereidingen: eerst werd een afdruk van de oogkas gemaakt. Dat deed geen pijn, maar was toch geen fijne ervaring. Koud kauwgom-achtig spul in de oogkas terwijl ik niks kon zien, omdat het gezicht afgedekt was. Maar het moest even. De afdruk was nodig om het gipsmodel te maken voor de epithese. Met engelengeduld bracht de prothesemaakster de epithese op kleur, schilderde ze het bruine oogje en boetseerde ze de epithese op maat. Het resultaat was prachtig, een kunstwerk! Het was wennen om mezelf in de spiegel te zien met een bewegend en een stilstaand oog. De tijd van pleisters en zwarte ooglapjes was voorbij. 

Echt normaal wordt het dragen van een epithese nooit, maar de belofte dat ik zo normaal mogelijk zou kunnen doorleven is wel waargemaakt. Ik had indertijd niet kunnen bedenken dat het starende bruine oogje in de epithese een inspiratiebron voor een column zou worden. 

Anita Hol-Bubeck