Na diverse bezoeken aan verschillende ziekenhuizen (Tilburg, Nijmegen, Utrecht en het VU Amsterdam) volgde de diagnose snel. De behandelingen begonnen nog vóór mijn eerste verjaardag, namelijk 5 maanden. Doordat mijn vader vroeger geboren is met dezelfde vorm van kanker, waren de artsen er vroeg bij.
De behandeling bedroegen in totaal 15 bestralingen en deze sloegen aan. De tumoren zijn ingekapseld. Mijn zicht bleef behouden – iets waar ik elke dag dankbaar voor ben. Maar dat betekent niet dat alles achter me ligt. Ik leef met de late gevolgen: dagelijkse hoofdpijn, droge ogen, en fysieke veranderingen door de bestraling. Maar ook dingen die anderen vaak niet zien, maar die ik voortdurend meedraag.
Toch heb ik nooit toegelaten dat dit mij zou definiëren. Ik leef mijn leven voluit. Werk, sport, daag mezelf uit – ook als het lastig is. In mijn werk als militair leer ik grenzen kennen, en soms verleggen. Maar dat heb ik eerder geleerd – niet op de kazerne, maar in het ziekenhuis, als kind. De ziekte heeft me niet sterker gemaakt – die kracht heb ik gaandeweg zelf ontwikkeld. Door stap voor stap vooruit te blijven gaan, ook als het even tegenzat. Niet omdat het altijd makkelijk is, maar omdat ik vertrouwen heb in mezelf en in wat ik aankan.
Juist daarom kies ik ervoor om mijn verhaal te delen. Niet omdat ik graag in de schijnwerpers sta, maar omdat retinoblastoom méér is dan een zeldzame diagnose uit het verleden. De impact leeft door – vaak onzichtbaar, maar blijvend. Als mijn ervaring anderen herkenning biedt, of een gesprek op gang brengt waar eerder stilte was, dan is dat waardevol.
Aan iedereen die leeft met de gevolgen van ziekte – zichtbaar of niet – blijf trouw aan jezelf en laat niemand jouw zicht op de toekomst beperken.