header image

Fileparkeren 
Ik zag maar één piepklein vrij parkeerplaatsje aan de rechterkant van de weg vlak bij het adres waar ik moest zijn in hartje Amsterdam. Het vereiste wel wat inspanning om mijn auto daar strak in te parkeren. Ik nam de tijd, keek goed wat ik deed. Ik hoorde twee toetende auto’s achter mij en zag een paar bouwvakkers breed lachend toekijken. Het was een behoorlijk stressmomentje. Tot mijn enorme opluchting stuurde ik de auto in één keer strak in het vak. Terwijl ik uitstapte hoorde ik een bouwvakker zeggen: ‘Zo hee dat wijf ken inparkeren!’ De glimlach op mijn gezicht is er de hele dag niet meer van afgegaan. 

Parkeergarages 
Bij parkeergarages begint de ellende vaak al bij binnenkomst, omdat mijn arm te kort is om op het knopje van de intercom te drukken of om een kaartje te kunnen pakken. Gordel af en portier voorzichtig openen om niks te raken. Bij het inrijden van de garage moet ik meestal wennen aan het licht, voordat ik op zoek kan naar een plaatsje. Terwijl ik een plekje zocht in een parkeergarage bij een bedrijf in Gouda zag ik dat alle betonnen pilaren ingepakt waren met schuimrubberen matten in de kleur paars van het logo van het bedrijf. Het zag er vrolijk uit, maar het bleek ook een functie te hebben. De matten zaten vol gekleurde strepen lak van de vele auto’s die er tegenaan gereden waren. Zonder de matten of iets anders te raken parkeerde ik mijn auto. Mijn opdrachtgever die aan kwam lopen om mij te helpen met parkeren gaf mij een groot compliment: ‘Kijk nou dan, wat anderen met twee ogen niet kunnen, kan zij met één oog wel.’  

Minder succesvol
Sinds ik met één oog kijk, is het met mijn angst voor hoogtes niet beter geworden. Dat is soms best wel lastig, zoals in die ene parkeergarage van zes verdiepingen in Zeist. Ik reed de garage in zoekend naar een vrije plek, maar die vond ik pas op de zesde verdieping, op het dak van de garage. Toen ik de auto uitstapte, voelde ik me niet oké en schuifelde bibberend langs een muur naar de open trap in het glazen trappenhuis. Ik raakte in paniek, want daar durfde ik niet naar beneden. Ineens stapte er hele forse, brede man voor mij langs om de trap af te dalen. De man belemmerde volledig mijn uitzicht! Ik bedacht me géén moment en sloop achter de man aan. Ik haalde opgelucht adem toen ik op de begane grond stond! Na afloop van de lesdag vroeg mijn opdrachtgever waar ik mijn auto geparkeerd had. En toen realiseerde ik me dat ik helemaal naar boven moest om mijn auto op te halen. Dat durfde ik dus niet. Ik vertelde het beschaamd aan mijn opdrachtgever en die zei tot mijn grote opluchting heel vriendelijk: ‘Zal ik de auto even voor je ophalen?’  

Smal straatje
Mijn kinderen maken graag grappen over mijn beperkte gezichtsvermogen en mijn stressmomentjes in het verkeer. Ik kreeg van een van hen een foto van zijn auto in een heel smal straatje in Italië met de vraag: ‘Kun jij dit ook schadevrij mam?’ Ik heb géén antwoord gegeven. 

Anita Hol-Bubeck

Ga naar de inhoud